In de opzet van de pilot willen we ook kijken naar aanvullende inkomsten die direct of indirect samenhangen met vernatting.
Andere mogelijkheden zouden kunnen zijn de teelt van zonnekroon. en experimenten met agroforesty.
Stichting Nationale Koostofmarkt
Theorie: Boeren in het veenweidengebied die bodemdaling en de daarmee gepaard gaande CO2 uitstoot van hun grond verminderen, gaan die vermeden uitstoot verkopen. Met het geld dat ze daarmee verdienen, financieren ze een deel van de benodigde investeringen. En bijvoorbeeld de verduurzaming van hun bedrijf. Dit wordt nu mogelijk door de uitbreiding van de methode Valuta voor Veen, die is goedgekeurd op 11 februari 2021 door de Stichting Nationale Koolstofmarkt. De eerste projecten starten binnenkort in Zuid-Holland.
Meer lezen
CO2 uitstoot reductie is belangrijk om de klimaatdoelen te halen. Eén van de mogelijkheden is de reductie van veenoxidatie door vernatting.
Aanpak
Matthias Verhoef uit Brandwijk en Peter Heikoop uit Niewland twee agrariërs in deze pilot doen mee samen met de milieufederatie (van ProvincieZuidHolland en van ProvincieUtrecht) om zicht te krijgen op die credits en hoe we deze op de juiste manier in de regio kunnen gebruiken.
Matthias Verhoef in Brandwijk
Theorie: Het perceel van Matthias grenst aan de Eendenkooi bij de Achterwetering. In dat gebied werkt men al met hoog slootwaterniveau. De uitbreiding met hoog slootwater naar de percelen van Matthias is daarom één van de mogelijkheden om het gebied nog verder te vernatten. Dat onderzoeken we samen met de milieufederatie van de Provincie Zuid Holland. Om de verliezen aan waterberging te compenseren is er bij WSRL een verzoek gedaan.
Peter Heikoop in Nieuwland
Peter heeft laagveen met daarop een stevig kleidek. Onze theroie is als we nu vernatten tot aan de bovenkant van het veendek hoeveel CO2 reductie zou dat kunnen opleveren. Om deze hoge grondwaterstand te realiseren is drukdrainage een voorwaarde. Dit onderzoek doen we samen met de milieufederatie van de Provincie Utrecht.
Aansluiten bij andere projecten in de regio
Groene Cirkels Kaas doet ook onderzoek naar CO2 reductie bij twee agrariërs namelijk Ad van Rees en Nico van der Ham.
Matthias Verhoef besluit niet mee te doen.
Uit het onderzoek dat de federatie heeft gemaakt wordt duidelijk dat Matthias CO2 kan compenseren. Bij verhoging van het grondwaterpeil in de percelen neemt de waterbergingscapaciteit af. Deze afname van de waterbergingscapiciteit van de percelen zou op eigen grond moeten worden gecompenseerd is de eis van het WSRL. Dit betektent voor Matthias een groot verlies aan landbouwareaal. Hij heeft dus besloten om niet mee te doen.
Peter Heikoop besluit niet mee te doen
Uit het onderzoek dat de federatie heeft gemaakt wordt ook bij Peter duidelijk dat er goede CO2 reductie mogelijkheden zijn. Toch heeft ook Peter besloten niet mee te doen. Uit alle berekeningen die we hebben gemaakt blijken :
Aansluiten bij andere projecten in de regio
In 2022 zijn de twee door groene cirkels kaas geïniteerde projecten van het type valuta voor veen gevalideerd: – Project Ad van Rees – Project Nico van der Ham
Beide projecten bevinden zich in de polder Alblasserwaard en reduceren uitstoot van kooldioxide door opzetten van het grondwaterpeil.
Voor meer informatie over valuta voor veen en de projectplannen van Ad en Nico lees hier. (projecten SNK A-9 en SNK-A-10)
De aanvullende inkomsten die direct samenhangen met Valuta voor Veen door vernatting zijn zeer beperkt. Het enthousiame voor Valuta voor Veen onder boeren is niet groot. Door de verschillende onderzoeken weten we nu wat de mogelijkheden zijn voor CO2 reductie en de verwaarding. Willen we vernatting in de toekomst verwaarden dan moet gekeken worden naar andere monitoringsmogelijkheden, grotere perceeleenheden en de aanleg van ActieveWaterInfiltratieSystemen uit andere middelen laten betalen.
Belangrijk is om CO2 reductie niet los te zien van
De oplossing is dus om integraal, gezamenlijk op te trekken en verder te werken aan een integrale benadering van de verduurzaming van de landbouw.
Hoe nu verder met CO2 reductie?
Oktober 2021 Hoornaar
Glenn de Wolff deed in het kader van zijn afstuderen aan de Hogeschool InHolland een onderzoeksopdracht: Hoe kan je toch verdienen bij vernatting door een hoger grondwaterpeil?
Dit onderzoek was in het kader van onze pilot Drukdrainage en werd uitgevoerd samen met de drie agrariërs, uitvoerig literatuuronderzoek en door op bezoek te gaan bij experts. Zie voor uitvoerige documentatie Meer lezen?
Lees meer over de achtergronden van Glenn en de opbouw en resultaten van zijn onderzoek.
ONDERZOEK door Glenn de Wolff
Toelichting: In de oude omstandigheden bij landbouw in het veenweidegebied is het waterpeil kunstmatig laag gehouden om zo intensieve landbouw mogelijk te maken. Door dit lage waterpeil wordt de grond droger en is deze steviger zodat deze geschikt is om grote hoeveelheden vee te faciliteren. Wanneer het (grond)waterpeil verhoogd wordt, zal de grond in ieder geval tijdens een deel van het jaar minder geschikt worden voor deze manier van landbouw aangezien de bodem onder andere minder stevig zal worden. Dit leidt er vervolgens toe dat de effectiviteit van het verdienmodel van de agrariërs die op deze gronden werken afneemt. Om alsnog over een compleet en effectief verdienmodel te beschikken zullen agrariërs die in het gebied willen blijven hun oude verdienmodel moeten aanpassen met nieuwe landbouwmethodes of hun verdienmodel aanvullen met andere activiteiten. Hier wordt een aantal alternatieve of aanvullende verdienmodellen gegeven die mogelijk geschikt zouden kunnen zijn voor de agrariërs in de regio A5H.
Alternatieve agrarische verdienmodellen : Lichter vee, Geen koeien maar ander soort vee, Lichtere machines, Paludicultuur
Natuurinclusiviteit/subsidies: Een tweede strategie om een effectief verdienmodel te behouden is om het agrarisch verdienmodel aan te vullen met subsidies. Agrarisch Natuur- en Landschapsbeheer (ANLb), GroenBlauweDiensten , Weidevogelbeheer, Slootkantbeheer, Koolstofvastlegging (ValutavoorVeen) , Vergroeningsbetaling , Regeling Kwaliteitsimpuls natuur en landschap (SKNL)
In tabel 24 van zijn scriptie heeft hij een overzicht gemaakt met
Verdienmodel | Belangrijkste voorwaarden | Belangrijkste Kosten | Belangrijkste opbrengsten |
Een prachtige samenwerking tussen het bedrijfsleven en onderwijs met een goed uitgevoerde opdracht onder moeilijke omstandigheden. Gelfeliciteerd Glenn namens het bestuur van Stichting BlauwZaam.
Van veeteelt naar vezelteelt
Stichting Blauwzaam organiseerde een Bijzondere Blauwzame Bijeenkomst
Het maatschappelijk belang van de agrarische sector voor de voedselvoorziening is groot.
De laatste jaren wordt de sector ook steeds belangrijker op het gebied van het ´biobased bouwen´.
Daarmee is de agrarische sector een onmisbare schakel binnen de Circulaire Economie. Die richt zich op het sluiten van kringlopen, waardoor zo min mogelijk nieuwe grondstoffen, nutriënten, energie en water nodig zijn.
En heeft daardoor grote invloed op de biodiversiteit, de bodem en de waterkwaliteit en op het vermogen van regio’s om water op te vangen en zo wateroverlast te voorkomen /beperken.
Maar hoe doe je dat als agrarisch ondernemer?
Dit onderzoek valut niet binnen onze pilot
Provincie Zuid Holland organiseerde in het najaar onder leiding van Richard Slagboom en bijeenkomst "Bomen over bomen".
Bos en bomen staan in de publieke belangstelling. Ook het Rijk werkt, in overleg met de provincies, aan een Nationale bossenstrategie. Het advies van
het College van Rijkadviseurs is om daarbij zeker ook te investeren in bos en bomen in de westelijke randstad. De Alblasserwaard en de Vijfheerenlanden kunnen we rekenen tot deze westelijkge randstad. Aan de ontmoeting deden meerdere agrarische ondernemers mee. Eén daarvan was Mattias Verhoef Brandwijk), deelnemer aan de pilot DrukDrainage. Maar ook Jasper Meerkerk (Eben Haezer Nieuw-Lekkerland), Tinke Poirot (Gewoon Anderz Noordeloos), Booij kaasmakers (Streefkerk) hebben ambitie om het bos- en struikareaal uit te breiden als onderdeel van hun verdienmodel.
Lees hier het hele verslag van de bijeenkomst. Met dank aan Richard Slagboom.
Willen we op de middellange termijn succesvol zijn met landbouw in ons veenweidegebied dan is belangrijk, dat er snel meer geëxperimenteerd wordt met methoden die er voor zorgen dat veen verzadigd blijft met water. Op polder of perceel niveau met drainage ed. Maar op het niveau van de hele delta, dus rivierengebied en groene hart, moet ook de waterinfrastructuur veranderen en gericht zijn op watervasthouden en infiltratie in de bodem. Als we door klimaatverandering lange droge zomers krijgen is er heel veel water nodig om de verdamping te compenseren. Naast maatregelen buiten de polders moet er ook gedacht worden aan buffergebieden in de polders die zowel teveel als tekort aan water handelen. Natuur met vegetatie die hiervoor geschikt is, bijvoorbeeld grienden, zouden hiervoor kunnen worden aan gelegd. Moldrains met slootpeil op voldoende hoogte.
Opmerking: CO2 reductie kunnen we niet los zien van andere maatschappelijke ontwikkelingen.